Artikel 13 Handelshuurwet geeft de huurder het recht om - bij voorrang op alle anderen - de hernieuwing van zijn handelshuurovereenkomst aan te vragen met het oog op de voortzetting van dezelfde handel. De wet kent de huurder dit recht driemaal toe: bij het einde van de oorspronkelijke periode, alsook bij het einde van de eerste en tweede hernieuwing van zijn huur.
De huurder die zijn recht op huurhernieuwing wenst uit te oefenen, moet zelf het initiatief nemen en de huurhernieuwing aanvragen. De verhuurder kan de huurder niet voorafgaand vrijstellen van deze verplichting. (Zelfs indien de verhuurder de huurhernieuwing al zou hebben toegestaan in de oorspronkelijke handelshuurovereenkomst, moet de huurder dus de hernieuwing aanvragen.)
De Handelshuurwet bepaalt de formaliteiten die de huurder in acht moet nemen wanneer hij zijn handelshuur wenst te hernieuwen:
Op het internet zijn talloze voorbeeldbrieven terug te vinden. Elke aanvraag kent echter zijn bijzonderheden. Misschien huurt u het pand samen met uw zakenpartner? Of het pand behoort toe aan meerdere eigenaars? En wat wanneer u slechts onderhuurder bent? Elk van deze elementen is bepalend voor de inhoud van uw aanvraag.
De sanctie voor het niet respecteren van deze formaliteiten is heel zwaar: indien de handelshuurder zijn aanvraag niet tijdig of niet conform de wettelijke formaliteiten doet, komt zijn recht te vervallen en zal hij (behoudens akkoord van de verhuurder) het pand moeten verlaten op het einde van de lopende huurperiode. Hij heeft in dat geval ook geen recht op een uitzettingsvergoeding.
De verhuurder kan op verschillende manieren reageren op de aanvraag tot handelshuurhernieuwing:
Elke reactie heeft zijn eigen gevolgen. Voor de tegenreactie van de huurder gelden vaak opnieuw dwingende termijnen.
+32 89 32 23 00
Grotestraat 122
B-3600 Genk
+32 89 46 15 62
Bocholterstraat 14
B-3960 Bree